Op 30 mei 2015 vond een themabijeenkomst plaats over het onderwerp wonen. Met 45 deelnemers was de bijeenkomst een succes. Er is druk gediscussieerd, veel informatie uitgewisseld en twee externe professionals hebben hun kennis met ons gedeeld: Frederike Kuipers, architect en adviseur
EigenWijs met Leegstand en Mischa Meerburg, participatiemedewerker van het Wijksteunpunt Wonen.

Inleiding: Ouder worden en wonen in de Rivierenbuurt

De middag startte met een inleiding over het thema en de belangrijkste actuele ontwikkelingen in het beleid. Met name de scheiding van wonen & zorg heeft belangrijke gevolgen voor de woonsituatie van veel ouderen. We blijven allemaal langer in ons eigen huis wonen, waarbij we voor zorg in toenemende mate afhankelijk zijn van hulp en steun uit het eigen netwerk. Verzorgingshuizen sluiten in toenemende mate de deuren. Lang niet iedereen in de Rivierenbuurt heeft een woning die geschikt is om oud in te worden, wanneer we wellicht minder mobiel worden en moeilijker trappen lopen. Het aanbrengen van woningaanpassingen kan soms een oplossing bieden, maar moet steeds meer uit eigen zak worden betaald. Verhuizen naar een beter geschikte woning kan ook een optie zijn. Geschikte en betaalbare seniorenwoningen zijn in de Rivierenbuurt echter schaars en voor veel ouderen is een verhuizing een hele opgave. Huurverhoging is bovendien vaak het gevolg. Tot slot is het voor bijvoorbeeld alleenwonenden de vraag of zij dat ook in de toekomst nog wenselijk vinden.

De centrale vraag voor de middag was dan ook: Hoe wil je over 5 à 10 jaar wonen (als je mobiliteit wellicht minder wordt), en wat is er nodig en wat moet je doen om dat te realiseren? Die vraag werd na de algemene inleiding in drie groepen uitgewerkt:

Groep 1: Ik wil blijven wonen in mijn huidige woning – en wat is er nodig om dat mogelijk te maken?
Groep 2: Ik overweeg om te verhuizen naar een geschiktere woning – wat zijn de mogelijkheden en de regelingen?
Groep 3: Ik ben geïnteresseerd in gemeenschappelijk wonen – welke vormen zijn er en hoe organiseer je dat?

In levendige gesprekken werden de mogelijkheden en de voor- en nadelen van deze drie opties besproken, werden voorbeelden naar voren gebracht en werden vragen en knelpunten geïnventariseerd. Deze werden op grote vellen papier gezet en door woordvoerders van de drie gespreksgroepen plenair toegelicht. Hierna kon iedereen met stickertjes aangeven welke vragen en aandachtspunten hij/zij het belangrijkst vond. Deze onderwerpen werden aan Mischa Meerburg en Frederike Kuipers voorgelegd, die daarop hun reactie gaven.

Hieronder geven we per optie weer wat door de deelnemers besproken is en wat de reactie van de deskundigen was.

  • NB: Veel informatie is samengebundeld op de Hand-Out die op de bijeenkomst is uitgereikt en bij dit verslag is gevoegd.

Optie 1: Ik wil blijven wonen in mijn huidige woning

Welke overwegingen spelen een rol, wat zijn de plussen en de minnen, is het praktisch haalbaar? Veel ouderen hebben de neiging het denken hierover uit te stellen en af te wachten hoe alles zal gaan: “Ik zie wel hoe het loopt, mocht het niet goed gaan, dan zie ik dat tegen die tijd wel weer”. Maar is dat slim? Is de woning nog wel geschikt als je minder mobiel wordt, fysieke beperkingen krijgt, met een rollator door het huis moet manoeuvreren en over die onhandige drempels moet, misschien in een rolstoel terecht komt… Welke regelingen bestaan er eigenlijk (nog), waar kan je dan een beroep op doen, en welke voorwaarden gelden daarvoor? Daarnaast zullen we in toenemende mate een beroep op ons eigen netwerk moeten doen voor hulp en ondersteuning. Niet iedereen heeft behulpzame kinderen in de nabijheid, die de zorg op zich nemen, dus mensen in de buurt zullen belangrijker worden.

Informeer je altijd goed, regelingen veranderen op dit moment erg snel!

Overwegingen
In het groepsgesprek werden de volgende overwegingen genoemd bij de wens om in de huidige woning te blijven:

  • Ik ken mijn buren en wil het contact met hen behouden.
  • Ik voel me prettig in deze buurt, daar wil ik graag blijven.
  • Als ik ga verhuizen krijg ik te maken met een (flinke) huursprong.
  • Ik wil om emotionele redenen niet weg.
  • Ik heb hier de winkels dichtbij.
  • Dit is het ouderlijk huis voor mijn kinderen, zij zijn hier opgegroeid.
  • Ik zie enorm tegen een verhuizing op, ik moet er niet aan denken.
In positieve zin spelen sociale-, emotionele- en praktische overwegingen dus een belangrijke rol bij de wens in de huidige woning te blijven. Daarnaast wegen de negatieve kanten van een verhuizing – de financiële consequenties en het gedoe daarvan – zwaar mee bij deze keuze.

Aanpassingen en Voorzieningen
Bespreking van wat er nodig is om comfortabel in de huidige woning te kunnen blijven wonen, leverde de volgende vragen en aandachtspunten op:

  • Bij welk loket kun je terecht met vragen over woningaanpassingen?
  • Wat zijn de mogelijkheden om een traplift te plaatsen?
  • Wat zijn de mogelijkheden om alarmpunten in de woning aan te brengen?
  • Wat kunnen we verwachten over toekomstige huurverhogingen?
  • Onderscheid woningaanpassingen die je zelf aanbrengt en aanpassingen die via een regeling worden aangebracht door de verhuurder.
  • Wat kunnen wij als Stadsdorp samen doen om onze woonsituatie te verbeteren
Reacties van de deskundigen
Wordt het traplopen een probleem dan bestaat de mogelijkheid een traplift te (laten) plaatsen. Allereerst moet natuurlijk bekeken worden of daarvoor voldoende ruimte is. Voor het plaatsen van een traplift is verder toestemming nodig van de verhuurder. Dat geldt voor alle huurwoningen. Bij koopwoningen is meestal in de statuten opgenomen welke regels hiervoor gelden. Alleen trapliften naar de eerste verdieping komen nog voor vergoeding in aanmerking. Bewoners van hoger gelegen woningen moeten zelf een oplossing vinden.

  • Woningaanpassingen mag je in principe altijd zelf aanbrengen. Dat heet ‘zelf aangebrachte voorzieningen’. Bovengenoemde traplift valt ook onder de Voor sommige aanpassingen is toestemming van de verhuurder nodig, voor andere niet. Informeer dus vooraf altijd goed hoe het bij jouw verhuurder geregeld is. Het is daarnaast altijd belangrijk na te vragen welke voorzieningen ongedaan moeten worden als je de woning verlaat – het ‘terugbrengen in de oude staat’. Het Wijksteunpunt Wonen kan advies verlenen. Sedert 1 oktober 2014 mag de verhuurder geen aanpassingen in de woning weigeren als het in het kader van de WMO is.
  • Kosten kunnen een overweging zijn om woningaanpassingen zelf aan te brengen. Onderzoek dus vooraf wat de voorwaarden en consequenties zijn van zelf (laten) aanbrengen of een beroep op een regeling doen en de voorziening door de gemeente/verhuurder laten plaatsen.
  • Als je huurt van een woningcorporatie (De Alliantie, Ymere, Stadgenoot, Eigen Haard) kan een wooncoach ingeschakeld worden om mee te denken over aanpassingen. Informatie is te krijgen bij het Wijksteunpunt Wonen.
  • Uitvoeren van (achterstallig) onderhoud is wezenlijk wat anders dan woningaanpassingen. Achterstallig onderhoud altijd melden bij de verhuurder!
  • Als je het met de verhuurder niet eens kunt worden over achterstallig onderhoud en gebreken in de woning kun je bij het Wijksteunpunt Wonen terecht.
  • Op de site van de gemeente Amsterdam is informatie te vinden over aanpassingen vanuit de WMO (zie hand-out).
  • Huurverhogingen worden inkomensafhankelijk berekend. Voor de huurverhoging van 2015 wordt gekeken naar de inkomenssituatie van 2013. Bij het Wijksteunpunt Wonen Zuid en op verschillende websites is informatie te vinden om te bekijken of de aangekondigde huurverhoging terecht is. Ook is het verstandig om contact op te nemen met Huurdersbelang of het Wijksteunpunt Wonen als je inkomen ondertussen is gedaald.
  • Als je er niet meer uitkomt in het doolhof van (sociale) voorzieningen en regelingen, kun je ook hulp en advies vragen bij de sociaal raadslieden. Het advies is in beginsel kosteloos. Vraag dat vooraf wel na.
Tot slot een dringend advies van Mischa Meerburg: informeer je altijd goed, regelingen veranderen op dit moment erg snel!

Optie 2: Ik overweeg om te verhuizen
Als je naar een andere woning wilt/moet verhuizen, hoe pak je dat dan aan? Wat is het voordeel van verhuizen, en welke vragen leven daarover? 

Overwegingen
Er werden zorgen en vragen onderling gedeeld. Hier een opsomming:

  • Het wonen in een bovenwoning die op den duur niet meer geschikt zal zijn mocht de mobiliteit achteruitgaan. Een verhuizing naar een lager gelegen woning op de begane grond lijkt dan een verstandige stap.
  • Er waren vragen over bestaande regelingen voor het verhuizen naar benedenwoningen.
  • Vragen over het verlaten van een koophuis en het gaan huren in de vrije sector. Maar waar naar toe? En vragen over huurrecht in de vrije sector. Zijn huren daar vogelvrij?
  • Er was bezorgdheid over de huren die alsmaar stijgen en de bezorgdheid dat de huur op den duur niet meer betaalbaar zal zijn. Reden kan daling van het inkomen zijn, overlijden van de partner, ontslag, ziekte.
  • Belangrijke reserves tegen verhuizen bleken er te zijn door de angst veel hogere huurprijzen te moeten betalen terwijl spaargeld langzaam opraakt en/of pensioenen lager lijken te worden. Wat houd je tegen om te verhuizen?
  • Als je gaat verhuizen waar moet een woning dan aan voldoen, en hoe kijk je daarnaar, bijvoorbeeld: begane grond, hoeveel kamers, voorzieningen in de buurt, enzovoort?
  • Een vraag was: heeft het zin je in woningnet in te schrijven als je in een koopwoning woont?

Onderhandel met je verhuurder, misschien heeft die een woning lager dan 2 of 3 hoog.

Reacties van de deskundigen

  • Advies voor iedereen: Schrijf je voor 31 december 2015 in bij Woningnet zodat je inschrijfduur kunt opbouwen. De woonduur in de huidige woning geldt dan als inschrijfduur.
  • Als je gaat verhuizen wordt je huur hoogstwaarschijnlijk hoger dan de huidige huur.
  • Een optie is woningruil, maar dan heb je medewerking nodig van beide verhuurders. Je kunt vragen/bedingen dat er geen huurverhoging plaats vindt. Maar de meeste mutaties hebben wel huurverhoging tot gevolg.
  • Er is op dit moment – voor mensen die van een woningcorporatie huren – een regeling Van Hoog naar Laag en Van Groot naar Beter. De gemeente heeft formeel een afspraak met de corporaties dat zij zorgen dat er voldoende lager gelegen woningen zijn die met niet veel huurverhoging kunnen worden betrokken, als je een grote bovenwoning (groter dan 70m2) achterlaat. MAAR: Corporaties hebben te weinig geschikte woningen in hun bestand. Het labellen van woningen voor senioren is een kwestie van politiek. Nu is het aanbod heel gering ook op Woningnet.
  • Als je van een particuliere verhuurder huurt is er dan ook zo’n mogelijkheid? Tip: onderhandel met je verhuurder, misschien heeft die een woning lager dan 2 of 3 hoog.
  • De regeling dat mensen met een medische indicatie voorgaan bij toewijzing van een benedenwoning bestaat niet meer.Als je uit een koopwoning wilt verhuizen schakel dan een makelaar in als je wilt gaan huren in de vrije sector.
  • Schrijf je in bij Woningnet als je in de sociale sector wilt huren.
  • Let op: ook huren in de vrije sector blijven stijgen. Maar de maximale huurverhoging is een bindende afspraak in het contract tussen verhuurder en huurder. Als je een contract tekent laat het contract controleren door het Steunpunt Wonen.
  • Aanvechten van de huurprijs kan met hulp van het Steunpunt Wonen.
  • Sociale huurwoningen: huren zijn inkomensafhankelijk. Voor 2015 wordt gekeken naar de inkomenssituatie in 2013. Ben je ondertussen in inkomen achteruit gegaan dan kun je bezwaar aantekenen.
  • Je kunt terecht met vragen bij het WijkSteunpunt Wonen, het WMO loket van de gemeente en bij Sociaal Raadslieden.

Optie 3: Ik ben geïnteresseerd in gemeenschappelijk wonen
AIs gemeenschappelijk wonen iets voor mij? In een persoonlijk kennismakingsrondje bleek deze vraag bij alle ongeveer 18 aanwezige personen te spelen. Menigeen bleek op dit moment een prima woonsituatie te hebben, maar vroeg zich af of met het klimmen der jaren er mogelijk sociale redenen zouden kunnen ontstaan, die gemeenschappelijk wonen aantrekkelijk maken.

Sociale redenen die werden genoemd
  • Je woont alleen en/of je partner is weggevallen.
  • Met het klimmen der jaren kunnen vrienden/familie mogelijk wegvallen.
  • De mobiliteit van jezelf en je sociale kring gaat afnemen.
  • Je hebt gewoon meer tijd en behoefte aan contacten in de nabijheid.
  • Samen zorg en ondersteuning inkopen/delen.
De mate van gemeenschappelijkheid die men wenste bleek per individu te verschillen. Dat varieerde van samen een tuin delen tot samen wonen en elke dag samen eten. De meeste mensen waren daar nog niet uit voor zich zelf.

Vragen die er leefden

  • Welke vormen van gemeenschappelijk wonen zijn er?
  • Hoe zit het met de financiële kant van gemeenschappelijke woonvormen?
  • Hoe kun je je als individu aansluiten bij zo’n initiatief of groep?
  • Hoe verloopt het proces van eerste initiatief tot resultaat? Hoeveel tijd, geld, specialistische kennis en doorzettingsvermogen is daar voor nodig?
  • We zien weinig initiatieven in de Rivierenbuurt: wat kunnen wij als bewoners doen aan leegstand in de buurt? Hoe kunnen we onze stem/behoefte laten doorklinken bij de Gemeente?
  • Wat is een mogelijke rol van Woningbouwverenigingen?
Er is vaak lange adem, veel kennis en doorzettingsvermogen nodig om iets van de grond te krijgen.

Reacties van de deskundigen

Er zijn vele vormen van gemeenschappelijk wonen. Om er enkele te noemen:
  • Zelfstandig appartement (huur via woningbouwvereniging) plus:
  • één extra collectieve ruimte
  • geen zorgplicht voor elkaar
  • eigen toewijzing: wie komt er in.
Thuishuis: eigen woondeel in groter geheel (met eigen sanitair) plus:
  • gemeenschappelijke ruimte + keuken
  • gemeenschappelijke hobbyruimte + logeerkamer
  • gemeenschappelijke tuin (soms)
  • samen koken
  • samen activiteiten
  • al dan niet met jongeren geïntegreerd
Eigen appartement met comfort (huur of koop) plus:
  • gemeenschappelijke tuin
  • samen diensten inkopen/delen
Eigen appartement plus:
  • dienstencentrum dichtbij
  • Zowel (sociale) huur als koop is mogelijk. Ook het aanloopproces moet soms gefinancierd worden.
  • Meerdere organisaties bieden aanknopingspunten om je aan te sluiten bij een initiatief of groep. Dat is echter nog erg onoverzichtelijk. Om meer overzicht te bieden en samen een vuist te maken gaan de bestaande organisaties zich verenigen in het Platform Wooninitiatieven Amsterdam i.o. Website en Nieuwsbrief verschijnen binnen afzienbare termijn.
  • Er is vaak lange adem, veel kennis en doorzettingsvermogen nodig om iets van de grond te krijgen. Aanvullende kennis van specialisten op dit terrein is nodig! Het Platform Wooninitiatieven Amsterdam hoopt een kennis-knooppunt te worden op dit terrein! Soms is er ook het probleem dat er wel een pand is maar geen woongroep of juist andersom. Een ‘kip & ei verhaal’.
  • Er is weinig leegstand in de Rivierenbuurt, dat is niet zo’n probleem. Er is echter zeer weinig aanbod van gemeenschappelijk wonen. Daar zou echt meer aandacht voor moeten komen! De organisatie EigenWijs met Leegstand heeft een plan voor het pand Vechtstraat 92 en werkt dat verder uit in een zgn. Buurtlab in de Gaasp-Vechtbuurt.
  • Het Platform Wooninitiatieven Amsterdam in oprichting kan zich richten op de leegstand in de Rivierenbuurt, maar ook de Stadsdorpen kunnen wensen en ideeën om iets creatiefs met leegstand te doen in hun contacten met de Gemeente naar voren brengen.
  • Enkele goede voorbeelden van actieve woningbouwverenigingen zijn al te zien buiten de Rivierenbuurt. In onze buurt moeten zij daarin nog gestimuleerd worden. Ruimte voor initiatieven!
Vervolg geven aan de bijeenkomst
Doel van de middag was niet om alles op te lossen, maar om te inspireren en na te denken over de eigen woonsituatie nu, de wensen voor ‘straks’ en de mogelijkheden om dat te realiseren. Aanknopingspunten om zelf of samen verder mee aan de slag te gaan heeft de middag zeker geboden.

De Hand-Out (zie onder) die aan het eind van de middag werd uitgedeeld bevat veel verwijzingen naar organisaties en websites met belangrijke informatie over regelingen en mogelijkheden. De Hand-Out is bij dit verslag gevoegd.

Ook was er veel schriftelijk informatiemateriaal beschikbaar.

Tot slot hebben enkele deelnemers zich aangemeld om in een werkgroep Wonen verder met het onderwerp aan de slag te gaan. Recent is op de netwerkbijeenkomst van alle Amsterdamse Stadsdorpen besloten dat ook op stedelijk niveau een werkgroep Wonen van start zal gaan, zoals die ook voor het thema Zorg bestaat. Hoe de werkgroep Rivierenbuurt en de stedelijke werkgroep zich tot elkaar zullen verhouden moet in de komende tijd verder uitkristalliseren.

________________________________________

Informatie bij de bijeenkomst over Wonen 30 mei 2015

Algemeen: de brochure Veilig en comfortabel wonen nu en later 2015-2018 van Gemeente Amsterdam Stadsdeel Zuid ***.

Van belang voor iedereen
Vanaf 1 januari 2015 is er een nieuwe Huisvestingswet in Nederland. In de stadsregio Amsterdam veranderen daardoor de regels. De opgebouwde woonduur vervalt. Voor iedereen die in de toekomst in aanmerking wil komen voor een sociale huurwoning is het daarom verstandig zich in te schrijven bij WoningNet.

Schrijf u in bij WoningNet vóór 31 december 2015. Uw woonduur wordt dan op 31 december 2015 omgezet naar inschrijfduur. Zie verder:

http://www.amsterdam.nl/wonen-leefomgeving/wonen/nieuws-wonen/2014/woonduur-verdwijnt/

Wilt u meer weten? Zie blz. 4 Nieuwe regels sociale huur via onderstaande link: http://www.huurdersvereniging-amsterdam.nl/wordpress/wp-content/uploads/2013/06/HA_Woonmagazine_Winter2015.pdf

Voor huurders

Huurdersbelang Zuid komt op voor belangen van huurders.
Informatie: http://huurdersbelangzuid.wix.com/amsterdam

Heeft u eerder een extra huurverhoging gehad en is uw inkomen gedaald? Neem dan contact op met huurdersbelang of het Wijksteunpunt Wonen Zuid www.wswonen.nl/zuid/ of rechtstreekse link naar o.a. de huurverhogingscheck:
http://www.huurders.info/huurprijzen-en-woonlasten/huurverhoging-2015/


Blijven wonen in je huidige (boven)woning

Het kan zijn dat de huidige woning prima geschikt is om te blijven wonen. Zijn er aanpassingen nodig om te blijven wonen dan is informatie te vinden op:
http://www.amsterdam.nl/zorg-welzijn/zorg-ouderen/

Via deze link komt u op de site van de gemeente Amsterdam met de kop Langer zelfstandig. Daar staat informatie over: woningaanpassingen, voorwaarden en aanvragen.

Let op:
Subsidieregelingen voor woningaanpassingen zijn sinds 1 januari bij de gemeente onder gebracht. Wie zijn huis wil aanpassen kan bij de gemeente een aanvraag doen. Soms moet een eigen bijdrage betaald worden. Afhankelijk van de eigen bijdrage die betaald moet worden kan het voordeliger zijn zelf aanpassingen te laten uitvoeren.

Als u huurt van een woningcorporatie (De Alliantie, Ymere, Stadgenoot, Eigen Haard) kan een wooncoach ingeschakeld worden. Deze kan u helpen bij vragen wanneer u in uw huidige woning wilt blijven wonen en kan desgewenst mee denken over aanpassingen.

Verhuizen naar een andere woning
http://www.amsterdam.nl/zorg-welzijn/zorg-ouderen/
Via deze link komt u op de site van de gemeente Amsterdam met de kop Langer zelfstandig: daar staat informatie over: verhuizen naar een andere woning. Er worden diverse mogelijkheden beschreven.

Als u ingeschreven staat bij Woningnet kan ook hier een wooncoach ingeschakeld worden om mee te denken. De wooncoach kan u informeren over mogelijkheden en regelingen die er zijn om te verhuizen. Bijvoorbeeld ‘Van Groot naar Beter’, ‘Van Hoog naar Laag’, of woningruil.
www.wswonen.nl/site/wp-content/uploads/centrum/HA-wooncoach-flyer.pdf

Gemeenschappelijke woonvormen

Woongroepen van ouderen in Amsterdam: http://www.lvgo.nl/woongroepen/zoek-op-woonplaats/?plaats=amsterdam#list-per-woonplaats

Pagina op de site van LVGO: Landelijke Vereniging Gemeenschappelijk wonen van Ouderen. Er staat helaas geen woongroep in de Rivierenbuurt bij.

In het Platform Wooninitiatieven Amsterdam i.o. zijn meerdere burgerinitiatieven voor nieuwe woonvormen voor ouderen actief, waaronder EigenWijs met Leegstand, CV Noorderzon, Vereniging Wonen voor Ouderen in Amsterdam-centrum (VWOA-c), Villa des Roses, Blijven Wonen in de Binnenstad, Kwartiermakers Akropolistoren. Andere initiatieven en groepen ouderen die met (collectief) wonen bezig zijn worden uitgenodigd om zich aan te sluiten.

Voorlopig is het e-mailadres voor het Platform nog bij EigenWijs met Leegstand: eigenwijsmetleegstand@gmail.com. Internet: www.eigenwijsmetleegstand.nl.

Een website van het Platform en een Nieuwsbrief zijn in de maak. PWAI.nl.

EigenWijs met Leegstand – EWmL – beijvert zich om leegstaande kantoor- en zorgpanden en maatschappelijk vastgoed zoals scholen te transformeren naar zelfstandige huurwoningen voor meerdere generaties ouderen. Gecombineerd met woningen voor studenten, zzp-ers, kunstenaars e.d. Zodat een gemeenschap ontstaat waarin we omzien naar elkaar met behoud van eigen regie. EWmL is een Stichting zonder winstoogmerk. Wie belangstelling heeft kan zich opgeven als medestander/donateur.
eigenwijsmetleegstand@gmail.com

EWmL heeft een plan voor het pand Vechtstraat 92 in de Rivierenbuurt. Dit wordt in het Buurtlab in de Gaasp-Vechtbuurt ingebracht. Zie: http://www.r4tv.nl/blogs/view/160

Wie mee wil doen kan zich opgeven voor de EWmL-werkgroep Zuid.

Thuishuis
Het Thuishuis is een gewoon huis (of verdieping van een flat) in een straat waar circa 5 tot max. 7 personen met elkaar onder één dak wonen. De bewoners, mannen/vrouwen (60+), hebben er elk hun eigen woonruimte (circa 40 m²) die bestaat uit een woonkamer, een slaapkamer en een badkamer/toilet. Zij richten deze ruimte naar eigen smaak en behoefte in. Met elkaar delen de bewoners een keuken, een woonkamer, een hobbyruimte, logeerkamer en bij voorkeur een tuin (leefruimte circa 80 m² per persoon). Het Thuishuis staat in de wijk waaruit de bewoners van het Thuishuis afkomstig zijn. http://www.thuishuis.org/

Over drie woonvormen een documentaire:
http://www.npo.nl/kruispunt/29-03-2015/KN_1667693

***uitgedeeld op 30 mei na de bijeenkomst en beschikbaar op de inloop van juli en augustus.